Nauwkeurigheidsklassen zijn gebaseerd op vijf belangrijke kenmerken: hoogtetolerantie van rail- en blokmontages, hoogteverschillen tussen meerdere blokken op één rail, breedtetolerantie, breedteverschillen tussen blokken op een rail en parallelliteit tussenspoor en blokreferentieranden. Deze factoren hebben direct invloed op de stabiliteit en nauwkeurigheid tijdens het gebruik.
De selectie is afhankelijk van de montageconfiguratie. Voor een enkel blok op éénlineaire railHoogte- en breedtetoleranties zijn het belangrijkst, waarbij nauwkeurigheidseisen gekoppeld zijn aan de positioneringseisen van de toepassing. Stijve gereedschappen of een krappe positionering van de lading vereisen hogere klassen zoals P of SP. Wanneer meerdere blokken een rail delen, worden hoogte- en breedteverschillen kritiek. Ongelijke afmetingen veroorzaken ongelijkmatige belasting, met het risico op vroegtijdig falen. Hogere klassen (H of hoger) zijn hier aan te raden om een evenwichtige spanningsverdeling te garanderen.
De gebruikelijke opstelling van twee parallelle rails met elk twee blokken vereist het uitlijnen van zes componenten. Hoewel "super" precisie niet altijd nodig is, worden hoge (H) of hogere klassen aanbevolen om gecombineerde toleranties van hoogte, breedte en parallelliteit te beheren. Naast de opstelling zijn ook de toepassingsspecifieke kenmerken van belang. CNC-bewerking of precisiemeting vereist SP/UP-klassen, terwijl algemene toepassingen kunnen volstaan met C of H. Langere verplaatsingsafstanden, zware omstandigheden enzware lastenOok is er behoefte aan nauwere toleranties om afwijkingen en spanningen tot een minimum te beperken.
In essentie is het kiezen van lineaire geleidingsnauwkeurigheidsbalansensollicitatieBehoeften, montage-instellingen en operationele omstandigheden. Door de juiste klasse aan deze factoren te koppelen, worden zowel de prestaties als de kosteneffectiviteit van precisiesystemen gewaarborgd.
Plaatsingstijd: 31-07-2025





